Algemene regels in de Wet ruimtelijke ordeningPromovendus: Dr. D. Korsse
Promotores: Prof.Mr. B.J. Schueler, P.J.J. van Buuren
Duur: 1/9/2009 - 31/8/2013
Promotie: Utrecht, 9/1/2015
Abstract:
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) geeft in de artikelen 4.1 en 4.3 aan provinciale staten respectievelijk aan de Kroon de bevoegdheid om algemene regels te stellen omtrent de inhoud van bestemmingsplannen en andere planologische besluiten. Gemeenten moeten binnen de termijn van n jaar of een andere bij verordening of bij algemene maatregel van bestuur (amvb) te stellen termijn hun bestemmingsplannen in overeenstemming met die regels brengen. Voorts kunnen provinciale staten dan wel de Kroon regels stellen die zich rechtstreeks tot de burgers en bedrijven richten. Burgers en bedrijven merken dat doordat hun aanvragen om een bouwvergunning en andere vergunningen aan die regels moeten worden getoetst. Ook kunnen die regels voor hen gebruiksverboden bevatten. Algemene regels per verordening of amvb vormen een nieuw instrument in de ruimtelijke ordening. Het onderzoek heeft twee hoofddoelstellingen. Enerzijds worden de juridische vragen die het nieuwe instrument oproept in kaart worden gebracht en van antwoorden worden voorzien. Op basis daarvan kunnen in algemene termen adviezen worden gegeven over de inrichting van verordeningen en amvbs alsmede hoe in de praktijk met de regels zou moeten worden omgegaan. Anderzijds is een doelstelling de verschillende provinciale verordeningen in kaart te brengen, onderling te vergelijken en op best practices te onderzoeken. Ook zal de amvb in het onderzoek betrokken worden. Tussen beide delen van het onderzoek bestaat nauw verband. Het onderzoek naar de algemene regels in verordeningen en de amvb(s) dient er mede toe na te gaan welke juridische problemen in de uitvoeringspraktijk verwacht mogen worden, gelet op de vondsten die in de verordeningen en amvb(s) opgenomen zijn.