Promovendus: Mw. Mr. E. Geurink

Promotores: Prof.Mr. L.F.M. Verhey, Prof.em. A.W. Heringa

Duur: 1/5/2003 - 30/4/2007

Abstract:

Van oudsher wordt de staatsrechtelijke positie van de ambtenaar gekenmerkt door onzelfstandigheid. De ambtenaar functioneert onder het gezag van de politiek verantwoordelijke bestuurders en is daaraan hierarchisch ondergeschikt. Hij heeft doorgaans geen zelfstandige bevoegdheden en geen externe verantwoordingsplicht. Een aantal ontwikkelingen lijkt hiermee op gespannen voet te staan. Zo worden aan de ambtenaar rechten toegekend, bijv. in de vorm van vrijheid van meningsuiting en het recht om misstanden aan de kaak te stellen. Ook worden ambteanren in parlementaire onderzoeken steeds vaker rechtstreeks door de volksvertegenwoordiging ter verantwoording geroepen. De doelstelling van het onderzoek is om de staatsrechtelijke gevolgen van deze ontwikkelingen te analyseren en in een rechtsvergelijkend perspectief te plaatsen. Daarbij gaat het met name om het spanningsveld tussen de klassieke doctrine van de ministeriele verantwoordelijkheid enerzijds en de steeds zelfstandigere rol van de ambtenaar anderzijds.