De grosse van de notariële proces-verbaalakte als executoriale titel in de civiele procedure bij e-CourtPromovendus: Mw. H.W.R. Nakad-Weststrate
Promotores: Prof.Mr. A.W. Jongbloed, H.J. van den Herik
Duur: 1/4/2009 - 6/9/2013
Abstract:
In dit proefschrift wordt onderzocht in hoeverre de notariële proces-verbaalakte kan dienen als executoriale titel bij private rechtspraak. In notariële bewoordingen betekent een dergelijk gebruik van de proces-verbaalakte, dat de uitspraak van e-Court door de ene procespartij tegen de andere procespartij ten uitvoer kan worden gelegd op grond van de grosse van een notariële akte, terwijl de betreffende akte door de notaris zonder rechtstreekse opdracht van deze partijen is gepasseerd, zonder dat de betrokkenen - anders dan gebruikelijk bij een partij-akte - zelf daartoe strekkende verklaringen hebben afgelegd ten overstaan van de notaris en zonder dat zij door hem zijn belehrd. De akte wordt gepasseerd op het uitsluitende verzoek van een derde, te weten e-Court en de betrokken procespartijen worden niet eens uitgenodigd om te compareren bij de notaris, hoewel zij partij bij de in de akte op te nemen verbintenis zijn. Daarbij moet worden bedacht, dat de notaris bij verstekprocedures vaak geen enkele actieve handeling of verklaring van de gedaagde zelf heeft kunnen waarnemen. Immers, de gedaagde die verstek heeft laten gaan, is niet verschenen in rechte en heeft in veel gevallen evenmin op de inleidende dagvaarding gereageerd. Waar de notaris in een verweerzaak nog in staat kan zijn om uit de verklaringen van de gedaagde gedurende de juridische procedure enige mate van instemming met e-Court af te leiden, is dat bij een verstekzaak niet het geval. De probleemstelling wordt beantwoord aan de hand van vier onderzoeksvragen.