EU AFSJ-agentschappen en gerelateerde lichamen als mondiale actoren in de bestrijding van criminaliteit: aansprakelijkheid voor schendingen van fundamentele rechtenPromovendus: Dhr. E. Omičević
Promotores: Prof.Dr. C.M. Ryngaert, M. Luchtman
Duur: 27/1/2020 - 26/1/2024
Abstract:
Om grensoverschrijdende criminaliteit doeltreffend te voorkomen en te bestrijden, werken EU-agentschappen en aanverwante lichamen die actief zijn in de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht (AFSJ) in toenemende mate samen met niet-EU-landen. Hoewel de uitvoering van externe activiteiten ongetwijfeld de operationele effectiviteit van de agentschappen ten goede komt, kan het ook de schending van fundamentele rechten van individuen met zich meebrengen. Ondanks de bindende verplichtingen in het EU-Handvest van de grondrechten, zijn over de compatibiliteit van de activiteiten van de agentschappen met fundamentele rechten herhaaldelijk zorgen geuit, die met name uitgesproken zijn wanneer deze organen van de Unie extern (co-)opereren. Gezien de mogelijk nadelige gevolgen voor de rechten van individuen, moeten de AFSJ-agentschappen en aanverwante EU-organen aansprakelijk worden gehouden voor hun acties. Hiervoor is het noodzakelijk te beoordelen of de acties van de agentschappen hen op grond van internationaal en Europees recht verantwoordelijk maken voor vermeende mensenrechtenschendingen. Het bepalen van verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid voor schendingen van fundamentele rechten in de uitvoering van externe taken van de AFSJ-agentschappen kan een lastige exercitie zijn. Ten eerste worden de agentschappen vaak beschouwd als louter facilitators van acties van lidstaten en, ten tweede, voegt de betrokkenheid van niet-EU-partners in een reeds multi-actor-veld een extra laag van complexiteit toe. Dit roept de weinig onderzochte vraag op of er voldoende toezicht is op de mensenrechtengevoelige externe activiteiten van de agentschappen. Het promotieonderzoek beoogt deze kenniskloof te dichten door te onderzoeken in hoeverre de AFSJ-agentschappen en de gerelateerde EU-lichamen verantwoordelijk en aansprakelijk kunnen worden gehouden voor schendingen van fundamentele rechten in de uitvoering van hun externe activiteiten. Het proefschrift zal zich richten op het beleidsterrein van mensen- en tabakssmokkel en zal bestaan uit een juridische analyse die ook put uit concepten van andere disciplines, alsmede op empirisch juridisch onderzoek door middel van interviews.